Recensie

The Passengers: All Through The Night + Queen Of Weird (singles)

Genre(s)


The Names vieren dit jaar hun veertigste verjaardag. Er komt een uitzonderlijk optreden. The Names in hun huidige bezetting, dat is te verwachten. The Names zal ook in de oorspronkelijke bezetting uit de roemvolle beginjaren spelen. The Names was immers de Belgische groep die het maakte tot op Factory Records, die een contract sloot met een handdruk aan Tony Wilson, die opnam met Joy Division-producer Martin Hannett en zodoende hits scoorde met ‘Nightshift’ en ‘Calcutta’.

Maar de viering houdt ook een reünieoptreden van The Passengers in, de groep die The Names voorafging in 1977 en 1978. The Passengers waren punk. Dat was het tijdperk. Maar ze waren niet zozeer geïnspireerd door The Clash en de Sex Pistols, maar eerder door Amerikaanse groepen als Television, Richard Hell en vooral The Velvet Underground. Eveneens grote goden in de Brusselse punkscene, dat spreekt.

The Passengers hebben nooit iets uitgebracht. Dat is verwonderlijk, want ze wonnen de First Belgian Punk Contest, waar ze samen optraden met Dachau Dollies (de groep van Kamagurka), Mad Virgins (later Allez Allez), Les Tueurs De La Lune De Miel (later Honeymoon Killers)… En de eerste prijs was een platencontract voor een single, samen met de mogelijkheid om verschillende optredens te geven, onder meer als voorprogramma van Iggy Pop.

Maar ja, het waren de hoogdagen van de punk. Het idee om een wedstrijd te organiseren van punkgroepen was zeer omstreden. Verschillende groepen weigerden deel te nemen, maar The Passengers wilden iedereen de loef afsteken door deel te nemen, te winnen, en dan de prijs te weigeren. En zo geschiedde. Cell 609, die als tweede was geëindigd, mocht de prijs verzilveren. De Kortrijkse groep P.I.G.Z. (Punk Is Grote Zever) ging eveneens met een prijs lopen.

Zodoende zijn van The Passengers geen opnamen overgebleven. Of toch, ‘All Through The Night’ werd opgenomen voor Romantik Records, maar dat label deed nog voor de uitgave de boeken dicht. Het nummer is later uitgekomen op de compilatie ‘everything is shit. punk in Brussels 1977-79’. Daar is de groep vertegenwoordigd tussen onder meer Chainsaw (de groep van Micky Mike die later Snowy Red zou oprichten), Streets (met Michel Zylberstajn, die later drumde bij Digital Dance en zelfs op de uitgaven die we hier bespreken) en Thrills (zanger Xavier S. Vormde later Pseudo Code met Alain Neffe van BeNe GeSSeRiT).

De reünie van The Passengers wordt aangegrepen om een paar nummers deftig op te nemen. Er komen twee singles uit. De eerste is ‘All Through The Night’, het nummer dat verscheen op de eerder genoemde punkcompilatie. Het nummer is een uptempo punknummer met een poppy feel, energiek en gemakkelijk meezingbaar. De opname blijft trouw aan het origineel, al hoor je wel dat de zang al meer doorleefd is.

Op de b-zijde vinden we ‘New Life’, dat opnieuw een mooi opgebouwd nummer is, wellicht iets te melodisch en poppy om punk te zijn, maar wel het bewijs dat Michel Sordinia al heel vroeg wist hoe hij een pakkend nummer moest schrijven. Isabelle Hanrez zingt wonderschoon, en als we op het einde van het nummer Sordinia en Hanrez samen ‘Here comes a new life’ horen zingen, moeten we noodgedwongen aan The Velvet Underground denken.

De tweede single heet ‘Queen Of Weird’, en de a-kant is zowaar een nieuw nummer. Hier is van punk geen sprake meer, eerder van een nummer dat The Velvet Underground destijds heeft vergeten te schrijven. Sordinia beschouwt het zelf als één van de beste nummers die hij ooit geschreven heeft. Het duet tussen Sordinia en Hanrez werkt prachtig uit, terwijl de percussie en de toevoeging van metallofoon het nummer een extra Velvet-gevoel geven.

De b-zijde ‘Danger Zone’ is alweer duidelijk een exponent van de punk. Rechttoe-rechtaan, gemakkelijke akkoorden. Net als voor de andere nummers was het de bedoeling om op te nemen volgens de toenmalige tijdsgeest. Zonder overdubs of effecten, gespeeld alsof het 1977 was. ‘Een oefening in experimentele archeologie, toegepast op muziek’, zo noemt drummer Christophe Den Tand het.

En dat is het ook, een tijdsdocument, een archiefstuk, interessant voor wie de punkscene van de jaren 70 en de voorgeschiedenis van The Names wil kennen. De rest is geschiedenis, zo zegt men. Isabelle Hanrez verliet de groep en zong nog een tijdje in Isabelle et les Nic-Nacs. Michel Sordinia nam de zang nu alleen op zich, Christophe Den Tand stapte over van drums naar synths, Marc Deprez bleef als enige gitarist over… The Names waren geboren en zouden de komende jaren furore maken met hun kille post-punk.

Meer info en online bestellen

The Names in Quarantaine, jubileumconcert 24/11/2018, CaliClub Drogenbos

Interview 40 jaar The Names

Uitgebreid interview over de geschiedenis van The Passengers en The Names

Delen op

Tags

Over Xavier Kruth

Xavier Kruth bekeerde zich al op jonge leeftijd tot het gothicdom. Toen hij begon te puberen, moest hij lang zagen om een zwarte broek te mogen hebben. Toen hij tegenover zijn moeder argumenteerde dat hij gewoon om een zwarte broek vroeg, niet om zijn haar omhoog te doen in alle richtingen, repliceerde ze dat als hij nu een zwarte broek zou krijgen, hij daarna toch zijn haar torenhoog omhoog zou doen. Xavier was versteld over de telepathische vermogens van zijn moeder. Hij leerde destijds ook gitaar spelen, en sinds 2006 speelt hij in donkere kroegen met zijn melancholische kleinkunstliedjes in verschillende talen. In 2011 vervoegde Xavier het team van Dark Entries. In Dark Entries las hij ook dat The Marchesa Casati (gothic rock) een gitarist zocht, en zo kon hij een paar keer met de groep optreden. Later speelde hij bij Kinderen van Moeder Aarde (sjamanische folk) en werkte samen met Gert (kleinpunk). En het belangrijkste van al: in 2020 bracht hij samen met Dark Entries-collega Gerry Croon de plaat ‘Puin van dromen’ uit onder de naam Winterstille.

Wil je Dark Entries steunen? Doe een gift op BE49 0017 6243 8971

© Dark Entries. Alle rechten voorbehouden. Ontwerp door We Cre8 It.